Nederlanders hebben altijd de neiging om te vragen: ” Wat doe jij tegenwoordig? Ga naar een school-reünie, verjaardag, borrel en het wordt je gevraagd. Regelmatig vertel ik dan, dat ik lid ben van de participatieraad. De meeste mensen kijken dan glazig. Een uitleg dat het een onderdeel is van de cliëntenraad sociaal domein brengt bij een enkeling een eureka effect, maar volgens Maurice de Hond zou dit percentage verwaarloosbaar zijn. “Interessant ” is meestal de opmerking van de gesprekspartner. Wat is de bedoeling van zo‘n Raad. De bedoeling van de Raad is dat zij zich bezighouden met………..de bedoeling. Mijn uitleg:  “Euhhhh, nou het zit zo. Het stikt in ons supergave land van de regels. Wij letten erop als raden, dat niet de regels maar de bedoeling van de regels wordt nageleefd”. Tja interessant. De bedoeling. Versimpeling aan de hand van een alledaags voorbeeld:

In Den Haag hebben we een streng parkeerbeleid voor fietsen. Er staan vakken getekend in het centrum van de stad. Daar moet je fiets in worden geplaatst. Staat je fiets erbuiten dan gaat er een bonnetje op en dan wordt de fiets op transport gezet naar een fietsdepot op een onbereikbare plaats aan de Binckhorstlaan. Daar kun je hem voor rond de 20 euro “terugkopen”.

Ik liep op een donderdagochtend 0m 9.30 uur  door de stad en een fiets stond, let op naast een leeg fietsparkeervak en wel 75 cm erbuiten. Een overtreding. De mevrouw in de functie van toezichthouder was van plan de fiets af te voeren. Ik vond, dat ik mij ermee moest bemoeien, ook al was het niet mijn fiets. Gaat u die fiets echt meenemen??  “ Ja want hij staat buiten het vak” antwoordde de toegewijde toezichthouder. “Maar” zeg ik, “als u hem optilt en 75 cm verplaatst naar het lege vak dan is het probleem opgelost”.  “Dat is niet mijn taak” zei de ijverige toezichthouder. “Ja” stamelde ik “maar deze actie maakt dat de burger een hekel krijgt aan de overheid”. Het was de dag na de verkiezingen met een opkomst van 43% in Den Haag. Ik probeerde het op een andere manier. Wat is dan de bedoeling van het fietsparkeerbeleid. “Dat de stad begaanbaar blijft” antwoordde de toezichthouder. “Nou” zei ik uitkijkend over de lege Paviljoensgracht met lege fietsparkeerplekken, “dat lijkt mij toch wel geregeld zonder dat u hem meeneemt”. De bedoeling is gerealiseerd. “Nee” zei de toezichthouder, “de mensen moeten ook worden opgevoed”. Tja daar kon ik niet tegen op.

Dit is een simpel voorbeeld van de wijze waarop de regelgeving de bedoeling van de regels heeft verdrongen. En zo kom ik ook bij een belangrijke taak van de cliëntenraden. Niet alleen kijken of de regelgeving goed wordt toegepast, maar kijken of de bedoeling goed wordt gevolgd. Eigenlijk is de hamvraag voor elke Raad. “Wat is nou eigenlijk de bedoeling van iets, wat we met zijn allen bedenken?”

Het lukte niet met de fiets, maar hopelijk wel met de Raden, want het is de bedoeling dat we erop letten of de bedoeling wordt bedoeld.